Jaarrekening 2018

Programmaverantwoording

Algemene uitkering

Algemene uitkering

Het gemeentefonds is een fonds op de Rijksbegroting waaruit de gemeenten jaarlijks een algemene uitkering ontvangen. Van verschillende ministeries krijgen gemeenten ook specifieke uitkeringen om specifieke taken te vervullen. Denk hierbij aan de middelen voor het verstrekken van bijstandsuitkeringen welke van het ministerie van Sociale Zaken en werkgelegenheid worden ontvangen .
In de besteding van de algemene uitkering is de gemeente vrij, er staan echter wel wettelijke taken tegenover. Over de besteding hoeft geen verantwoording aan het Rijk te worden afgelegd. De algemene uitkering is voor gemeenten de belangrijkste vrij besteedbare inkomstenbron.

(* € 1.000)

Werkelijk
2018

Begroting na wijziging

2018

Primaire begroting
2018

Algemene uitkering

19.027

19.006

19.290

IU AWBZ/Wmo

3.956

3.956

3.910

IU Jeugd

4.840

4.840

4.722

IU Participatie

3.714

3.701

3.528

IU Wmo (oud)

2.493

2.469

2.375

DU Brede school combinatiefuncties

67

67

67

DU VTH provinciale taken

149

149

149

DU voorschoolse voorziening peuters

32

32

32

DU Armoedebestrijding kinderen

84

84

84

DU Schulden en armoede

50

39

0

DU Referendum

9

9

0

DU Maatschappelijke begeleiding

5

5

0

DU Informatie energie maatregelen

3

0

0

Algemene uitkering voorgaande jaren

-38

0

0

Totaal

34.392

34.357

34.157

Onderuitputting Rijksuitgaven 2018
De ontwikkeling van de algemene uitkering wordt voor een belangrijk deel bepaald door de ontwikkeling van de rijksuitgaven. Volgens het systeem van ‘samen de trap op en samen de trap af’ hebben wijzigingen in de rijksuitgaven direct invloed op de omvang van het gemeentefonds. De jaarlijkse voeding van het gemeentefonds (positief of negatief) wordt het ‘accres’ genoemd en wordt uitgedrukt in een percentage.
Het accres genoemd in de septembercirculaire is maatgevend en wordt ook als zodanig verwerkt.
Echter is nu een extra onderuitputting zichtbaar ten opzichte van de septembercirculaire middels de Najaarsnota 2018 van de rijksoverheid. Er wordt nu geschat dat er een onderuitputting is van 1,4 % op de rijksbegroting. Alle gemeenten kunnen zich dus voorbereiden op een flinke tegenvaller van het accres 2018.  De afrekening van het accres wordt door BZK gecommuniceerd in de meicirculaire 2019 en wordt dus ook conform de systematiek in het jaar 2019 verwerkt als ‘afwikkeling  voorgaande jaren’. De geschatte onderuitputting is wel opgenomen in de risicoparagraaf.

ga terug